Op de valreep van 2015 bracht het CBS
een persbericht uit over de arbeidsproductiviteit in relatie tot de
loonontwikkeling over de periode van 2001 tot en met 2014. En opnieuw
blijkt dat onze werkelijkheid zich al een jaar of tien niet meer gedraagt
volgens de natuurwetten van de economische ervaringswetenschap. De
arbeidsproductiviteit moet omhoog, roepen we altijd, want dan neemt
de welvaart toe en daar profiteert iedereen van. Ook de werknemers,
want die zullen dat vertaald zien in hogere lonen.
Nou nee dus:
Zoals aan deze grafiek van het CBS is
af te lezen, blijft de loonontwikkeling al sinds 2004 sterk achter
bij de stijgende arbeidsproductiviteit. Afgezien van een scherpe,
maar opvallend korte dip na de crisis van 2008, is de stijging van
de productiviteit voortdurend groter dan de stijging van de lonen. De
productiviteit is in 2014 zo'n 9 procent hoger dan in 2003, terwijl
de lonen in die periode slechts zo'n 2 procent zijn gestegen.
Voor het achterblijven van de lonen
geeft het CBS twee redenen aan.
De eerste is dat bij een vrij omvangrijke werkloosheid zoals die van tegenwoordig, de onderhandelingspositie van werknemers slecht is, wat een plausibele verklaring vormt voor de tegenvallende stijging van de lonen.
De eerste is dat bij een vrij omvangrijke werkloosheid zoals die van tegenwoordig, de onderhandelingspositie van werknemers slecht is, wat een plausibele verklaring vormt voor de tegenvallende stijging van de lonen.
Als tweede reden voor de
achterblijvende loonontwikkeling noemt het CBS de toenemende
flexibilisering van de arbeidsmarkt. Deze verklaring lijkt op het
eerste gezicht heel wat minder plausibel, want het zijn juist
de werkgevers die al jaren pleiten voor flexibilisering, in de vorm
van versoepeling van het ontslagrecht. En het zijn de vakbonden
die zich daartegen verzetten. Als flexibilisering voor werkgevers zo aantrekkelijk is, waarom zouden ze dan niet bereid zijn
om daarvoor te betalen?
Welnu, zoals ik het zie betalen ze er
wel degelijk voor, alleen niet aan de flexwerker zelf. Flexwerk vindt
in Nederland vrijwel uitsluitend plaats via uitzendbureaus. De
beloning die werkgevers/opdrachtgevers betalen aan die uitzendbureaus
zou economisch gezien eigenlijk opgeteld moeten worden bij de lonen
van de flexwerkers. Dat is echter in de cijfers van het CBS niet het
geval, evenmin als de beloning van tijdelijk ingehuurde ZZP-ers.
Die krijgen per uur doorgaans ook meer betaald dan een medewerker in
vaste dienst, maar de betalingen aan ZZP-ers worden gezien als omzet
van hun vennootschap, niet als loon.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten